donderdag 6 februari 2014

Balansverslag

1) Ik vond vooral dat de literaire boeken met of humor (reis door apenland) of  met hele sterke oneliners (die dan meestal ook grappig zijn; de donkere kamer van Damokles) mij aanspraken.  Zoals bijvoorbeeld prachtige zinnen zoals:

‘- Het bloeden moet worden gestelpt! riep pater Beer. Maar aan de handen van pater Beer zaten minder vingers dan Osewoudt kogelgaten in zijn lichaam had.’

Of

‘haar grinniken leek op het piepen dat een zeemleren lap teweegbrengt op een nat raam’

Maar geen van de boeken die ik voor mijn lijst heb gelezen (en ook geen enkel ander origineel Nederlandstalig boek) is voor mij een top boek dat ik echt nog een paar keer zal lezen in mijn leven.
Boeken (en verhaallijnen uit films/games) die hier wel onder vallen (even snel: Mistborn trilogy, Legend of the Seeker, Starcraft 2: Wings of Liberity, Starcraft 2: Heart of the Swarm en  Bioshock: Infinite) hebben een paar dingen gemeen:

Ze zijn spannend: je wilt op elk moment van het boek weten wat er op de volgende pagina gebeurt.
Ze hebben scènes of zinnen die zo sterk zijn dat je ze meerdere keren wilt lezen of dat je er emotioneel van wordt (net als sommige goede muziek)
Het is ongeveer duidelijk waar het verhaal naartoe gaat, maar het staat niet vast wat er uiteindelijk gaat gebeuren. De verhaallijn is ook diepgaand
De hoofdperso(o)n(en) hebben een zekere heldenstatus (ze zijn beter in van alles dan de gemiddelde mens/ze zijn de hoofdpersoon voor een reden) en het belangrijkste: de hoofdperso(o)n(en) zijn zeer goed inleefbaar, dit is nodig om emotie opwekkende scènes te hebben.
Al deze punten passen ook bij boeken die niet avontuurlijk zijn, maar bij mij gaat het ook nog eens om avontuur/fantasy/science fiction en dus niet om psychologische en of emotionele romans, die ook aan deze eisen kunnen voldoen.
Het einde is goed, of in elk geval goed genoeg. Goed kan hier duiden op goede afloop of op een kloppend einde met minder goede afloop, of een zieke plottwist met enigszinds goede afloop, maar eigenlijk slecht, maar omdat klopt is het goed (ik kijk naar jou Bioschok Infinite)

Dit zijn het soort boeken waarvan je in een emotionele dip komt als je ze uit hebt, omdat ze zo goed waren. Dit is een goed ding, het is een soort van lusteloosheid om iets te doen, omdat je weet dat het niet beter kan zijn dan het verhaal wat je net uit hebt. Ik heb SC2: HotS in een dag bijna non-stop afgemaakt en ik kon de rest van het weekend niets meer doen omdat het zo goed was en ik ervan baalde dat ik het uit had, dit was een van de ergste van deze omstandigheid die ik heb meegemaakt, het ebte nog maanden na, waarin ik steeds moest denken aan de sterke scènes en zelfs nu 8 maanden later doet het nog iets met me.

Geen van de boeken die ik heb gelezen voor mijn lijst viel onder deze categorie ‘superboeken’ , maar de meeste heb ik met plezier gelezen (alleen de tweeling vond ik echt heel saai en de Max Havelaar was nog erger omdat die heel saai was en ook nog storend taalgebruik had, de aanslag vond ik te beschrijvend, maar te toen en Joe speedboot werd aan het einde langdradig).

Mijn top drie van de leeslijst is waarschijnlijk (het is lang geleden voor sommige boeken):

- Het gouden Ei (dit is het enige Nederlandse boek waar ik ook echt zo een emotionele dip van kreeg, maar niet zo een erge)
- De donkere kamer van Damokles
- VSV of Lijmen/het been

2) De literatuurlessen zijn niet belangrijk voor mij geweest, ik heb het grootste deel niet bijgewoond in verband met JCU en ik heb niet het gevoel dat ik iets gemist ben. Ik heb alle verhalen over de Nederlandse schrijvers gelezen uit de bundels en daar is het mij vooral om te doen (verhalen (over vroeger) zijn (meestal) leuk, vandaar dat ik ook geschiedenis en filosofie doe). Wel ben ik blij dat ik ‘de zelfmoordenaar’ een keer in een les literatuur heb gelezen. Dat gedicht vind ik geniaal.                                                                                                                                                                                         
3) De enige weerstand, die ik ooit heb gehad op het punt van boeken lezen, is dat boeken saai zijn, of echt totaal niet lopen zoals ik dat wil. Ik heb nog nooit een boek weggelegd, al had ik dat met  de Max Havelaar en de Tweeling zeer zeker gedaan als ik de keuze had gehad (Oh, ook een boek voor mijn Engels lijst heb ik tegen heug en meug uitgelezen (The World according to Garp)) . Ik denk dat het ligt aan de schrijver als een boek niet spannend is. Bijna elk boek wat ik ooit heb gelezen is op een zekere manier spannend en ik denk dat het zeker haalbaar is om spanning in elk boek te krijgen. Voor de Max Havelaar denk ik echter niet dat dat de bedoeling was, spanning erin stoppen. Dit is ook wat ik denk van het boek: dit boek is niet geschreven om een leuk stuk te zijn om eens een keer te lezen. 

4) Ja, toen ik na een paar boeken eigenlijk geen echt goede boeken had gelezen wilde ik heel graag een goed boek vinden, wat ik ook echt leuk zo vinden om zelf te lezen. Deze kon ik echter niet vinden en toen ben ik anders gaan kijken naar boeken die op de lijst mogen. Hoewel ik nog steeds boeken las, waarvan ik dacht dat ik dat ik ze leuk zou vinden, was mijn focus verschoven van boeken lezen voor de lol, naar het onderzoeken waarom deze boeken wel op de lijst mochten en boeken, die ik leuk vond niet. En of er boeken konden worden geschreven, die zowel leuk zijn (voor mij) als op de lijst mogen. Eventueel zelfs nog of ik dat boek zelf zou kunnen schrijven.

5) Ik weet niet hoe uitgebreid de verslagen moeten zijn, maar ik heb het gevoel dat die van mij aan de korte kant zijn en ik had bij de laatste twee (die ik kort geleden heb geschreven) echt het gevoel dat ik meer wilde opschrijven dan ik onder woorden kon brengen. Dit herinner ik mij ook van oudere stukken, ook al weet ik (natuurlijk) niet meer wat die dingen precies waren. Ik baal ook erg van mijn verslag over de aanslag, omdat ik dat een keer heb geschreven toen ik niet zo een goede bui had en een totale preek hield, waarbij ik ook nog eens het gevoel had dat ik niet kon overbrengen wat ik precies wilde zeggen. Eerlijk gezegd heb ik dat specifieke stuk nooit meer teruggelezen (in tegenstelling tot alle andere), puur omdat ik denk dat het nog erger is dan ik me herinner. (over dit balansverslag heb ik dan weer wel een goed gevoel, ook al zet ik er nog steeds niet alles in wat ik wil vertellen, maar dat is een beetje expres voor het mondeling)

6) Ik zal in mijn verdere leven geen literaire boeken lezen, behalve als deze leuk zijn. De Max Havelaar en soortgenoten zal ik nooit voor de lol gaan lezen. Ik zal wel in de rest van mijn leven een totale junk blijven voor goede verhalen (goede boeken ,Geschiedenis, computerspel plots, goede films/goede series en dus een hoop boeken lezen. Als ik er ooit aan begin denk ik ook dat ik op een dag nog eens schrijver kan worden, ik heb namelijk te veel ideeën voor goede verhalen om er niets mee te doen.


7) Ik was bij slechts 1/3 van alle literatuurlessen (denk ik), dus mijn oordeel is misschien niet geheel betrouwbaar, maar ik vond de filmpjes over de geschiedenis van de Nederlandse literatuur heel erg leuk. Dit soort filmuurtjes vond ik erg geslaagd. Daarnaast denk ik dat de gedichten en teksten die zijn gekozen in het literatuur traject bij ons op school, goed zijn gekozen. Ze waren geen van allen echt stom (behalve de Max Havelaar, maar die kan je eigenlijk niet weglaten, je kan misschien wel de leerlingen een samenvatting geven en het daarbij laten). Hoewel ik vrijwel geen lessen stom vind en het dus niet zo heel veel zegt, is Nederlands een van de vakken, waar ik nooit tegen een les op heb gezien. 

Verslag Stromingsboek (2): de donkere kamer van Damokles

Algemene informatie
a.    geef de standaardtitelbeschrijving:
- Willem Frederik Hermans, De Donkere Kamer van Damokles
- Amsterdam, 1958 , 49e druk 2012
- 326
b.    psychologische oorlogsroman
c.    Henri Osewoudt is de zoon van een sigarenwinkelier te Voorschoten. Als hij nog op de lagere school zit, vermoordt zijn moeder zijn vader in een vlaag van waanzin. Henri wordt opgevoed door zijn oom Bart Nauta in Amsterdam. Op de middelbare school gaat hij niet om met zijn klasgenoten. Hij leeft in een isolement en gaat alleen om met zijn zeven jaar oudere nicht Ria. Hij doet aan judo, waardoor zijn voeten vergroeien. Hij is lelijk, heeft geen baardgroei en een hoge stem. Ook Ria is lelijk. Als Henri 18 is, trouwt hij met Ria; hij zet zijn vaders zaak voort en zijn moeder woont bij hen in. Henri is afgekeurd
voor militaire dienst, maar is wel bij de Burgerwacht. Als de oorlog uitbreekt, moet hij op wacht staan bij een postkantoor. Luitenant Dorbeck, op wie Henri als twee druppels water lijkt, geeft hem een filmrolletje, dat ontwikkeld moet worden. Later komt hij weer terug met nog meer films, die ook ontwikkeld moeten worden en opgestuurd aan E. Jagtman.
Na het ontwikkelen krijgt Henri niets dan zwarte vlekken te zien. Hij durft de foto's niet terug te sturen, koopt een Leica en maakt zelf foto's van militaire objecten. Tijdens een
hevig onweer komt Dorbeck, enige tijd later. Henri krijgt opdracht naar Haarlem te komen. Daar ontmoet hij Dorbeck en Zewuster. Met de laatste gaat hij naar de Kleine Houtstraat, waar ze in een huis twee mensen neerschieten. De zoon van de drogist uit Voorschoten heeft hen gevolgd. Henri ontwikkelt het filmpje dat hij in 1940 van Dorbeck had gekregen. Op een van de foto's staat Dorbeck met twee vriendinnen. Er valt een brandend vliegtuig op het huis van Jagtman, waardoor de hele familie Jagtman omkomt. In 1944 (Dorbeck heeft 3 jaar lang niets van zich heeft laten horen) krijgt Henri een brief van Dorbeck met het verzoek de foto's op te sturen naar een postbusnummer. Henri gaat kijken wie de foto's uit de bus haalt; dat blijkt een
heilsoldate te zijn. Een paar dagen later wordt hij opgebeld door Elly Meier, die zegt dat ze uit Engeland is overgekomen. Ze toont hem een van de foto's die hij aan Dorbeck had opgestuurd. Hij brengt haar naar oom Bart. Terug in Den Haag hoort hij van Moorlag, zijn kamergenoot, dat de Duitsers hem in zijn huis opwachten en dat Ria en zijn moeder gevangen zijn genomen. Hij gaat met Moorlag naar Leiden, waar een student valse persoonsbewijzen maakt voor hem en Elly. Zijn haar wordt zwart geverfd door Marianne, een ondergedoken joodse studente. Henri duikt onder en gaat foto's ontwikkelen voor Labare.
Hij beseft nu hoe hij veranderd is. Marianne gaat voor hem naar oom Bart met Elly's persoonsbewijs. Deze is echter al verdwenen. Henri gaat naar Amsterdam en vertelt aan oom Bart dat Ria en zijn moeder zitten. Oom Bart maakt hem verwijten. Henri krijgt van Dorbeck opdracht naar het station in Amersfoort te gaan. Daar zal hij een vrouw ontmoeten in leidsteruniform van de Nationale Jeugdstorm. Samen gaan ze naar Lunteren, waar Lagendaal, die voor de Gestapo werkt, uit de weg moet worden geruimd. De aanslag lukt, maar op de terugweg wordt de vrouw aangehouden. In Amsterdam ontmoet Henri Marianna. In de bioscoop ziet Henri een oproep tot zijn eigen aanhouding. Als hij de zaal uitloopt, wordt hij gepakt. Tijdens het verhoor wordt hij zo gemarteld, dat hij naar het ziekenhuis moet. Hij wordt daaruit bevrijd door gemaskerde mannen, die hem naar Leiden brengen.
Bij Labare ontmoet hij Marianne weer. 's Nachts worden ze door de Duitsers overvallen.
Henri weet te ontkomen, maar wordt later toch gearresteerd. In de cel zoekt de Duitser Ebernuss hem op, die beweert hij hem goedgezind is. Hij heeft ervoor gezorgd, dat Marianne, die een kind verwacht, weer vrij is. Ebernuss houdt zich bezig met het probleem of Dorbeck, de dubbelganger van Henri, bestaat. Daarom moet Henri naar Amsterdam gaan, waar een clandestiene sociëteit is voor ondergrondse helden. Als Dorbeck bestaat, zal Henri hem zeker ontmoeten. Ebernuss geeft Henri zijn Leica en samen gaan ze naar Amsterdam. In de sociëteit is er een man van wie Henri gelooft dat het Dorbeck is. Van hem krijgt hij giftige kristallen, die hij in Ebernuss' borrel doet. Dorbeck en Henri gaan er samen in de auto van Ebernuss vandoor. In een leegstaand huis fotografeert Henri zichzelf met Dorbeck in een spiegel. Dorbeck vertelt hem dat Ria samen woont met de zoon van de drogist die Henri verraden had, toen hij de aanslag in Haarlem pleegde. Henri krijgt een verpleegstersuniform. Dorbeck bericht hem dat Marianne in een kraamkliniek ligt. Daar aangekomen wordt hij naar een kelder gebracht waar hij het lijkje van zijn kind ziet. Een Duitse soldaat neemt hem mee in zijn auto. In Voorschoten doodt hij Ria en in Dordrecht de Duitser; daarna vraagt hij hulp aan een pastoor. Met de hulp van de illegaliteit en een arts komt hij in Breda aan. Hij meldt zich bij het hoofdkwartier van de Nederlandse Strijdkrachten. Daar arresteert men hem, omdat men denkt dat hij een land verrader is. Hij wordt naar Engeland gebracht. Daar behandelt Selderhorst zijn zaak. Henri wordt van vele dingen beschuldigd en Dorbeck, die zal kunnen aantonen dat hij verzetsheld is, is onvindbaar.
Jagtman en Moorlag zijn dood en Marianne is in Israel. Oom Barts verklaring is zeer vaag. Eindelijk wordt de Leica van Henri gevonden. Hij ontwikkelt het filmpje, maar de foto met Dorbeck is mislukt. Henri rent naar buiten en wordt neergeschoten.
Specifieke opdracht: verwerkingsvragen
a.  De donkere kamer van Damokles lijkt kenmerken te hebben van de twee volgende stromingen:
Existentialisme
                Toeval is belangrijk
                Zinloosheid van het leven komt naar voren
                Absurdisme
Ontluisterend Proza
                Anti-held
Beide stromingen hebben meer kenmerken, maar specifiek deze kenmerken passen ook bij de donkere kamer van Damokles.

b. 
Toeval is belangrijk
In de donkere kamer van Damokles is toeval zeker belangrijk. Een hoop toevallige gebeurtenissen leiden ertoe dat Osewoudt uiteindelijk wordt gezien als een Gestapoagent.  (Hij die in verpleegsterskleding wordt versierd door een willekeurige dronken Duitser, wordt later gezien als een door de Gestapo opgezette ontsnappingsmissie). 
Zinloosheid van het leven
De zinloosheid van het leven komt in de donkere kamer van damokles ook zeker naar voren. Er wordt beschreven hoe het leven van Osewoudt nutteloos was voordat hij Dorbeck ontmoette en hoe hij altijd de makkelijkste weg kiest. Later blijkt ook nog eens dat Osewoudt (een deel van) zijn interacties met Dorbeck geheel zelf heeft bedacht. Daarnaast worden ook nog eens al zijn verzetsdaden gezien en omgewrongen tot Gestapoacties om het verzet te verzwakken. Iedereen die hij kent is op dat moment dood of onbereikbaar (zijn Joodse vriendin). Dan wordt hij doodgeschoten en was zijn leven vrijwel zinloos.
Absurdisme
Absurdisme zit ook in de donkere kamer van Damokles, letterlijk alles wat Osewoudt doet gaat mis of niet zoals gepland. Ook de hele aanleiding van het verhaal is zo toevallig dat het absurd is: Osewoudt wordt aangesproken door een soldaat, die in het verzet zit en er bovendien precies hetzelfde uitziet als Osewoudt, omdat hij langskwam en foto’s moest laten ontwikkelen.
Anti-Held
Osewoudt is duidelijk een anti-held, als het aan hem zou liggen zou hij altijd het makkelijkste doen, hij ziet er uit als een vrouw, alles wat hij doet gaat fout en hij kan niet bewijzen dat hij goede bedoelingen had, omdat iedereen die met hem omging tijdens de oorlog dood gaat. Het boek begint ook met een anekdote over een anti-held, die op een vlot drijvend in zee, het water vervloekt omdat het zout is en hij dorst heeft, maar wanneer de bliksem inslaat op zijn vlot is hij het heel dankbaar is. Hij blust de brand en vervloekt daarna weer het water omdat hij het nog steeds niet kan drinken.  

   
c.
   Het boek past niet geheel binnen een van beide stromingen omdat er ook kenmerken zijn waar het boek niet aan voldoet, zo is een van de kenmerken van existentialisme dat het een ethische oorsprong heeft. In het boek is ethiek niet zo belangrijk. Ook is het boek niet echt ontluisterend proza, omdat het bij ontluisterend proza ook gaat om de rauwe werkelijkheid en de onmenselijkheid, wat niet zo heel veel terug komt in het boek, juist door het absurdisme wat wel voorkomt.

Klas 6 Verslag Modern Boek: VSV

1.       Algemene informatie
a.  Leon de Winter, VSV of daden van onbaatzuchtigheid
     2012, de bezige bij, Amsterdam, 2012
     428 pagina’s
b. Thriller
c.  Theo van Gogh, de op 2 november 2004 vermoorde columnist, zit nog steeds in  een bepaalde fase van het hiernamaals. Hij is in al die jaren nog niet verder dan die “kazerne” gekomen: hij is nog enkel hoofd en een andere overledene (de ex-priester Jimmy Davis)  zegt dat hij de kans krijgt om weer een geheel lichaam te worden, wanneer hij een beschermengel wordt en daden van onbaatzuchtigheid  ten toon spreidt. Hij mag voor de functie kiezen uit drie personen die hij mag beschermen: Ayaan Hirschi Ali, Leon de Winter of Mohammed B. (zijn moordenaar) Theo vindt het eigenlijk geen keus en dan beslist Jimmy dat hij de beschermengel moet worden van Max Kohn, een joodse onderwereldfiguur.
Deze onderwereld figuur is in die tijd in Amerika op weg naar de begrafenis van de zus van Jimmy Davis. Hij voelt zich daartoe verplicht, omdat hij bij een transplantatie het ruilhart van Jimmy heeft gekregen. Hij onderhoudt nu  financieel de familie van Davis.
In het derde hoofdstuk wordt een nieuwe verteller geïntroduceerd, Sonja. Deze is zowel de minnares geweest van Max Kohn, als van de priester Jimmy Davis die tijdens zijn leven moeite had met het celibaat. Toen op 10 september 2001 Max en Sonja van hun bed werden gelicht, had ze de relatie verbroken. Ze wilde niet verder met een crimineel, maar op dat moment was ze in verwachting van Nathan, het kind van Max. Op een eiland in de Cariben ontmoette ze de priester Jimmy Davis, die een geweldige minnaar was.
Max krijgt van de erfgenamen van Davis een foto waarop Jimmy met Sonja te zien is en dat maakt Max zo nieuwsgierig dat hij weer naar Nederland vertrekt. Sonja woont in Amsterdam. Maar het bijzondere is dat Sonja Verstraete nu weer een relatie heeft met de schrijver Leon de Winter die een half jaar daarvoor verlaten is door zijn vrouw Jessica Durlacher. Via een bevriend stel, de advocaat Bram Moskowicz en zijn jongere vriendin Eva Jinek, worden ze met elkaar in contact gebracht. Leon is flink wat ouder (58) dan de afgestudeerde arts Sonja (44) maar ze vindt rust bij hem en ze wil met hem naar Amsterdam terug. Het wordt natuurlijk allemaal wat lastiger als Leon, Sonja, en Max met elkaar in contact worden gebracht. Sonja wil namelijk niets  meer van Max weten. Max wil echter alles weten van Jimmy, van wie hij het ruilhart heeft en door wie hij zich een beter mens voelt. Max heeft jaren geleden een Marokkaanse partner gehad (Kicham Ouaziz) die twee Joegoslaven voor hem heeft neergeknald die een aanslag hadden gepleegd op Max. Die waren waarschijnlijk ingehuurd door de vader van Sonja die makelaar was en Max een loer had gedraaid. Ook Sonja’s vader  was door Max’ partner vermoord, maar Sonja was daarvan niet op de hoogte. De zoon van de huurmoordenaar Kichie, Sallie, heeft in 2012  het plan opgevat om wraak te nemen voor zijn vader en een daad te stellen in Nederland. Ze bereiden als leden van een perfect draaiend voetbalteam, een terroristische aanslag voor. Kichie blijkt bovendien in het laatste jaar van zijn gevangenisstraf te zitten, maar heeft een ongeneeslijke kanker.  
Dan komt er een flinke versnelling in het verhaal. De Marokkaanse jongens o.l.v. Sallie Ouaziz plegen een aanslag op het Muziektheater in Amsterdam en tegelijkertijd kaapt de groep een Turks vliegtuig op Schiphol. Dat merkt Sonja als een van de eersten, want zij is net van plan Amsterdam te verlaten met Nathan, omdat ze geen nieuw contact wilde met  Max Kohn. Nathan is heel kwaad dat ze weer wil vluchten, want hij mag de volgende dag naar een verjaardag van een schoolvriendinnetje Lia. Hij loopt bij zijn moeder weg op Schiphol.
Intussen komt ook burgemeester Job Cohen als personage in de roman. Hij heeft een minnares Marijke en die zit waarschijnlijk in het Muziektheater als de bom  in de parkeergarage onder het gebouw  afgaat. De terroristen willen  de vliegtuiggijzelaars vrijlaten in ruil voor de vrijlating van Mohammed Boujeri (Theo’s moordenaar) en Kichie, de vader van Sallie.  De laatste wil helemaal niet vrij, want hij zit nog maar kort voor zijn officiële afloop van zijn straf; bovendien heeft hij niets met de opvattingen van de extreme islamisten.. Toch wordt hij met de moordenaar  Mohammed B. naar Schiphol gebracht. Maar de terroristen hebben nog een derde ijzer in het vuur. Ze gijzelen de leerlingen van een Amsterdamse basisschool (de VSV) en nu is de eis dat ze Geert Wilders willen meenemen naar een Aziatisch land. Dat houdt ook in dat de minister van justitie, Piet Hein Donner, in de roman komt. Hij voelt er niets voor om Wilders mee te laten gaan, wat diens populariteit ten goede zou komen. Hij treedt dan ook in overleg met Job Cohen. En dan komt er weer een lang verstopt gebleven aap uit de mouw. Max Kohn is de halfbroer van Job Cohen (zijn vader heeft een buitenechtelijk kind verwekt bij Jobs moeder). Toen Max in 2001 werd gearresteerd, heeft Job Cohen ervoor gezorgd dat hij vrijkwam. Piet Hein Donner vindt dat er nu wel wat tegenover mag staan. Ze kunnen  geen bestorming van de school toestaan, omdat er waarschijnlijk teveel kinderen zouden sneuvelen. Ze willen nu dat Max Kohn en zijn partner Kichie de school binnengaan en Sallie proberen te overtuigen dat het niet de juiste weg is. Maar dat is ook meteen de kans voor de tot beschermengel gepromoveerde Theo van Gogh om met Max Kohn mee te gaan. Via het riool bereiken ze de kelders van de school en ze weten toegang te krijgen tot de zaal met de terroristen die de kinderen onder schot houden.
Via microfoons en camera’s kan men buiten volgen wat er binnen gebeurt en wanneer er schoten worden gelost, dreigt een fatale aanval van scherpschutters. De kleine Nathan ziet op dat moment een geweldige lichtflits, waardoor hij ineens  aan het cadeautje voor zijn vriendinnetje Lia denkt.(nl. het polshorloge in d vorm van een hartje)  Hij rent met zijn vader Max naar boven en dat wordt hun redding. De scherpschutters vallen daarna namelijk binnen en schieten de terroristen dood. De kinderen worden gered.
Zes maanden later
Er  komen nog twee hoofdstukken. In het eerste beschrijft Leon de Winter twee ontmoetingen. De eerste is met de ambtenaar op Binnenlandse Zaken, Frans van der veen, die het verschijnsel van de lichtflits heeft onderzocht en de conclusie moet trekken dat het een bovenaards geheel moet zijn geweest. Natuurkundig zou er niet zo’n reflectiemoment kunnen zijn geweest. Dit hoofdstuk verklaart meteen de vier memo’s die Van der ven in deel 1 aan Piet Hein Donner heeft verstuurd en die op dat moment voor de lezer nogal geheimzinnig zijn geweest, omdat ze nauwelijks in verband konden worden gebracht met de inhoud van dat deel. Maar Van der Ven wordt nu in verband gebracht met een soort afwijking in zijn hoofd. Het andere bijzondere is de verschijning van Theo van Gogh in een droom van Leon. Van Gogh spoort hem aan alles wat hij heeft meegemaakt toch vooral in een roman op te schrijven. Dat gaat Leon ook doen. Hij was immers bezig met een roman over Van Gogh.
In het allerlaatste hoofdstuk volgens we Theo van Gogh op weg naar zijn vervolmaking in het hiernamaals. Hij heeft immers zijn daad van onbaatzuchtigheid verricht en daardoor is zijn lichaam weer geheeld. Hij mag naar de volgende fase, op zijn omafiets weliswaar. Hij passeert de Goddelijke Kale die een tijdje zijn beschermengel is geweest.
2.        Verwachtingen
Het boek werd mij aangeraden  toen het net was uitgekomen en ik ook geen boek wist om te lezen voor mijn dossier. Er werd mij verteld dat het een spannend en goed boek was. Dit was ook wat ik verwachtte, over het plot was mij niet veel verteld behalve dat het ging om een groep Marokkaanse jongeren die terroristische acties in Nederland uitvoeren.
3.        Motieven en thema
Enkele motieven uit VSV zijn, onder andere:
- Slecht aflopende relaties: hiervan zijn er een hoop in VSV (Sonja-Max (de eerste keer), Leon-Jes, Moskowicz –Eva, Job-Marijke)
- Hartjeshorloge: Nathan koopt een hartjeshorloge als kado voor zijn vriendinnetje en Kichie heeft er een gekregen van zijn zoon toen hij in de gevangenis zat. Dit hartjeshorloge zorgt ervoor dat als het erop aankomt Theo zijn daad van onbaatzuchtigheid kan plegen.
Het thema is dat daden van onbaatzuchtigheid voor veel goeds zorgen. In het volgende citaat wordt dit goed weergeven:
Eén daad van onbaatzuchtigheid leidt tot een kettingreactie van miljoenen goede momenten.”  (p389)

4.
        Beoordeling
a. schrijfstijl: schijfstijl vind ik altijd moeilijk om te beoordelen, omdat het alleen opvalt als het echt goed is of juist echt slecht. Bij VSV ligt het hiertussen en is het voor mij moeilijk om precies aan te geven wat ik goed en slecht aan de schrijfstijl vind. Ik vond het boek makkelijk lezen en ook spannend. In het boek worden fictie en waarheid met elkaar vermengd en hoewel het duidelijk is dat sommige dingen echt zijn zoals in het boek en sommige dingen duidelijk verzonnen zijn, is het overgangsdeel tussen de twee moeilijk precies aan te wijzen voor mij.
b. inhoud:    
personages: de personages zijn in het boek goed neergezet en sommige personages kon ik me ook echt in inleven (vooral Max en Theo (die eigenlijk de 2 hoofdpersonen zijn)). Er zijn wel een paar dingen die ik zelf minder vond op het punt van personages: ten eerste wordt er een beetje verwacht van de lezer dat deze de BNers die voorkomen in de boeken kent. Ik kende er een paar van naam en een enkele wist ik iets van, maar van de meeste had ik geen flauw idee wie het waren. Ten tweede vind ik het niet leuk als hoofdpersonages zich onredelijk gedragen zonder reden daarvoor en ze (vooral Sonja) doen dat zo nu en dan wel. Omdat het boek op de grens ligt tussen waarheid en fictie is het ook logisch dat dat zo is bij de personages. Op het punt van personages had ik het probleem dat ik door te weinig kennis van BNers geen flauw idee had welke personen echt bestaan (ik kwam er pas net achter dat Eva echt bestaat en ook echt een relatie heeft gehad met Moskowicz) en welke niet.
 Ruimte: het verhaal vind vooral plaats in Nederland, Amsterdam om precies te zijn (enkele stukken in Amerika en sommige flashbacks op weer andere plekken). Ook bij de ruimte had ik het gevoel te weinig te weten van Amsterdam om alles te begrijpen (ik wist pas wat de Stropera was ton dat verderop licht werd toegelicht) De ruimte voegt ook extra kracht toe aan de boodschap, immers een terroristische aanslag in Amerika is minder erg voor een Nederlander dan een in Amsterdam.

5.
        Eindoordeel





Hoewel ik het een leuk boek om te lezen vond en ik de verhaallijn origineel vind, was er ook niet veel bijzonders aan het boek. Er zijn niet veel slechte aspecten aan het boek (het is niet saai, er zijn geen stukken die je wilt overslaan, er zijn geen twijfelachtige gebeurtenissen), maar ook niet veel echt goede aspecten of sterke stukken (wat ik juist heel fijn vind in boeken, van die stukjes die je 5 keer opnieuw leest). Het was zeker geen straf om dit boek te lezen en het was zeker geen slecht boek, maar het had niets waarmee het zichzelf verheft boven andere boeken.